Kortzichtig, blind of ongezien?

Deze blog vraagt om een korte toelichting. Meestal schrijf ik blogs die met een vette knipoog en een beetje zelfspot zijn geschreven. Ik sta doorgaans optimistisch in het leven en mijn glas is halfvol. Toch loop ik dagelijks tegen aspecten van mijn blindheid aan die pijn doen (zowel letterlijk maar vooral figuurlijk). Die kwetsbaarheid tonen, vind ik lastig. Hieronder toch een klein inkijkje. Kortzichtig, blind of ongezien? We maken ons vast wel eens schuldig aan alledrie deze “eigenaardigheden”. Of het nu in ons werk of prive leven is. Tenminste ik ben zelf ook wel eens te snel met mijn oordeel, kijk niet verder dan mijn neus lang is of trek een voorbarige conclusie. Dit soort dingen reken ik onder kortzichtigheid. Maar er is ook een andere vorm van kortzichtigheid, waar ik zelf regelmatig mee geconfronteerd word. Zoals bekend, is het kenmerk “blind” letterlijk op mij van toepassing. Dat ik daardoor dingen anders, minder snel of met een kleine aanpassing doe, betekent nog niet dat het daarom aan andere eisen moet voldoen. Het is echter wel lastig dat alles bekeken wordt met de meetlat van de "goedziende" in gedachten. Heel logisch en dat vind ik fijn. Toch voel ik me hierdoor vaak “ongezien” Een voorbeeld ter illustratie. Gisteren was ik aanwezig op een grote bijeenkomst. Een zaal vol mensen, verschillende sprekers en een flitsende dagvoorzitter. Natuurlijk had ook ik best een paar prangende vragen aan de sprekers. Had ik graag laten zien dat ik zinvolle aanvullingen had. Maar ja, hoe wist ik nu of mijn vraag niet toevallig op een van de slides voorbij was gekomen? Hoe kon ik weten of de dagvoorzitter tegen mij sprak? Het idee alleen al maakte dat ik mijn mond hield en dus ongezien bleef. Een ander voorbeeld. Een afdelingsbijeenkomst waar ter plekke zaken op een flap worden geschreven die vervolgens door iemand moet worden samengevat. Natuurlijk was ook ik bij de voorbereiding, maar daar gaan staan zonder dat je even op de flap kan spieken, ik geef het je te doen. Nee hoor, ik ben geen onzeker, stil meisje, maar wordt voortdurend in die positie gebracht. Is de oplossing dan een tandje opschakelen en meer moeite doen om “gezien” te worden? In het verleden deed ik dat vaak. Maar zoiets heeft een prijs. Het kost bakken extra energie die ik gewoonlijk niet over heb. Zelfsde meest eenvoudige dingen als in een vreemde omgeving even een toilet zoeken, vragen van mij extra inspanning. Moet ik dan concluderen dat ik maar met minder zichtbaarheid en dus minder kansen genoegen moet nemen? Het antwoord hier is natuurlijk ook NEE. De vraag is hoe dan wel. Het risico nemen om “als een echte blinde” aandachht te vragen? Mijn plek volledig opeisen? Ik ben daar niet zo van, want voel me graag geen uitzondering. Hoe dan wel? Liefst wat minder kortzichtigheid. Ben niet te snel met je conclusie. Mijn blindheid maakt dat ik opval, maar gezien worden op al die andere eigenschappen die ik ook heb, vraagt omiets anders. Spreek me aan, vraag er naar. Twee weken geleden was ik op een symposium waar de dagvoorzitter naar me toe kwam en vroeg: Vind je het goed als ik je zo iets vraag?” De discussie was heftig en ging alle kanten op, ineens voelde ik een hand op mijn schouder en wist dat de volgende vraag voor mij was. Zo kan het dus ook.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Het beestje bij de naam noemen

Een mix van nagelnieuw en eerder gezien

De normaalste zaak van de wereld