Wie begeleidt nu wie?

Onze oudste zoon is deze zomer 12 geworden. Ineens valt hij niet meer onder het kindertarief bij de kapper, geen kinderkaartje meer in het museum en ook de railrunner tijd is voorbij. Okee, zijn zelfstandigheid is ook gegroeid evenals zijn kleding en schoenmaat. Tegenwoordig grijp ik nog wel eens mis als hij net dat ene paar van mijn sokken heeft geleend. Hij fietst zelf naar hockey, is 2 middagen alleen thuis na schooltijd en kan hele middagen op pad zijn zonder dat ik me zorgen maak of alles goed gaat. Van de week bracht ik beide jongens per trein naar Castricum om te gaan logeren. Ik wilde het saldo op de ov-chipkaart al checken toen ik me realiseerde dat de oudste mocht reizen op mijn begeleiderskaart. Kinderen vanaf 12 staat erop de kaart. Nu doen mijn beide kinderen dat al hun hele leven, een soort van dan. Of je echt van begeleiden mag spreken, is vaak maar de vraag. Tenslotte ben ik degene die oplet, de route uitstippelt en de verantwoordelijkheid heeft en houdt. Al zien andere reizigers dat vaak anders. Dat handje dat je je kind geeft om te zorgen dat je elkaar niet kwijt raakt, wordt uitgelegd als het kind dat zo klein als hij is al voor zijn moeder aan het kijken is. Kijken op de stationsklok hoe laat het is, is ook bij ons gewoon oefenen met klok kijken. Borden lezen op perrons zie ik alle kinderen weleens doen en plek zoeken in een volle trein doet iedereen. Het klopt die ogen van mijn kinderen zorgen ervoor dat zo’n reis net even soepeler verloopt dan wanneer ik alleen ben. Overeenkomstig zijn de leuke ontmoetingen met medereizigers. Die zijn er als ik alleen reis, maar ook als we samen reizen. Sterker nog al die zaken die medereizigers opmerken en vragen, geven mijn kinderen een extra stukje mensenkennis. “mam, waarom denkt die mevrouw nu dat jij zonder ons niet met de trein kan? Je gaat straks toch alleen weer naar huis.” “mam, waarom zou papa ons met de auto moeten brengen? De trein is veel leuker.” Maar ook, “die mevrouw was aardig zeg en die heb jij toch maar mooi geholpen door te kijken van welk perron haar trein vertrekt.” Dit keer dus de oudste officieel als mijn begeleider. Dat is mooi meegenomen want dan mag hij gratis mee. Hij nam zijn rol serieus. Normaal is het vrijwel altijd de jongste die bij mij aan de hand loopt. Nu kreeg ik al vanaf huis een arm van de oudste. Op het station kwamen we toevallig een bekende tegen die zei: “hé, wat ben jij met een knappe man op stap.” “goed gezien,” lachte ik, “niet 1 maar 2 knappe mannen!”

Reacties

Populaire posts van deze blog

Het beestje bij de naam noemen

Een mix van nagelnieuw en eerder gezien

De normaalste zaak van de wereld