Commissiedebat

Op mijn laptop staan naast mijn mail verschillende documenten met concept antwoorden en teksten open. Via mijn koptelefoon probeer ik tegelijkertijd dwars door mijn voorleessoftware heen, het Commissiedebat zelf enigszins te volgen. Vlakbij me zitten twee collega’s die mij helpen in vergelijkbare toestand, alleen zij kunnen met hun ogen en oren schakelen tussen de taken en hebben twee schermen tot hun beschikking. Ik een leesregel van 40 tekens en een voorleesstem. In mijn mail komt de eerste vraag binnen en we overleggen wat hier het beste antwoord is. Al overleggend knipt en plakt één van mijn helpende collega’s ons antwoord in het daarvoor bestemde format en stuurt het ter goedkeuring door. Voor we het weten, belanden ook vraag 2, 3 en 4 voor ons in de mailbox. Mijn collega leest voor wat hij van het volgende antwoord heeft gemaakt en we schuiven en verplaatsen nog wat in de tekst. Dan komt het goedgekeurde antwoord op vraag 1 terug en moet ook dat worden verwerkt en verzonden naar degene die de definitieve antwoorden voor de staatssecretaris print. Naast mijn koptelefoon heb ik ook mijn oortjes van mijn telefoon in mijn oren. Hier komen ad hoc vragen ter afstemming via de app binnen. Ook die worden voorgelezen door de voice-over van mijn telefoon. Op een gegeven moment praten er drie stemmen door elkaar. Als één van mijn collega’s voorleest wat hij van het derde antwoord heeft gemaakt en dus de vierde stem erbij komt, gooi ik mijn koptelefoon af, omdat ik hem anders niet versta. Dan belanden er twee vragen in de mail over een onderwerp voor mij dat ik niet heb voorbereid. Koortsachtig typ ik het antwoord in een leeg document en vraag de derde collega of hij deze tekst in het goede format kan zetten. Zo gaat het ruim een half uur door. Ik kom oren te kort, wissel zo snel als ik kan van het ene naar het andere document en check of alle vragen op onze onderwerpen, beantwoord zijn, maar ik kan het niet bijhouden. Het debat wordt geschorst en we kunnen even ademhalen en checken of alles is afgehandeld en afgestemd. De tweede termijn verloopt voor ons rustig en nu luisteren we hoe vragen voor andere collega’s langskomen in het debat en in onze app. Al weken staat het werk in het teken van dit jaarlijkse Commissiedebat over gezond en veilig werken. Voorwerk is gedaan, vragen en antwoorden daarop voorbereid, spreeklijnen geschreven. In de vierentwintig uur vooraf zijn van een aantal partijen de vragen die zij gaan stellen bij ons binnengekomen. De hele dag al zijn we bezig deze vragen zo goed en zo kwaad als het gaat, van antwoord te voorzien. Inhoudelijk ben ik inmiddels aardig ingevoerd, maar snel zoeken, knippen en plakken van tekst en dat weer goed nalezen, kost mij tijd en die is er niet. Ik ben dus blij met de hulp van twee collega’s die samen de zinnen lopend maken en mij voorlezen wat het eindresultaat is. Tegelijk hoor ik het stemmetje in mijn hoofd maar herhalen: “Ben ik wel de aangewezen persoon om deze werkzaamheden te doen?” Ja, het zijn mijn onderwerpen en ja, ik ben niet snel genoeg. Het voorbereiden ging goed, het maken van de voorlopige antwoorden van te voren lukte, al was het met de nodige stress. Het Commissiedebat zelf lukte als ik eerlijk ben alleen, omdat er hulptroepen waren. Ik ga eens goed nadenken hoe dit een volgende keer voor mij beter kan, want dit was voor mij absoluut over mijn grens en niet voor herhaling vatbaar. Had ik dit kunnen voorzien? Ik vroeg mijn blinde en slechtziende rijksambtenaren vooraf hoe zij dit doen. Het bleef daarop oorverdovend stil. Wisten zij al dat dit niet zou lukken of hebben zij al eerder besloten dat zulke werkzaamheden niet werken voor ons?

Reacties

Populaire posts van deze blog

Een mix van nagelnieuw en eerder gezien

Kijk eens uit je doppen