Ik een beetje meer dan jij
Ieder mens is uniek. Gelukkig, want anders is het zo saai. Elk mens heeft kwaliteiten, maar ook minder fraaie kanten, krasjes en deuken. Erkenning voor waar je goed in bent, is belangrijk, daardoor voel je je gezien en gewaardeerd. Gezien of beoordeeld worden op je mindere kanten, daar zit niemand op te wachten toch?
Het wordt Nog ingewikkelder als je waardering krijgt voor je tekortkomingen. Blijkbaar vinden mensen dat je knapper, beter of unieker bent als je dingen onderneemt, ondanks je krasjes. In sommige gevallen klopt dat. Je moet meer moeite doen dan een ander, je langer voorbereiden of je meer inspannen om je doel te bereiken. Als gewoon meedoen het resultaat is, heb ik de extra moeite er ruimschoots voor over. Er zijn ook activiteiten waarbij je krasjes totaal niet ter zake doen. Toch heb ik gemerkt dat ik In beide gevallen soms beoordeeld word op mijn vermeende tekortkomingen. Een pijnlijke ervaring.
Twee voorbeelden ter illustratie. Als kind zat ik op turnen. Eens per jaar waren er wedstrijden met alle turnverenigingen uit de buurt. In een grote sporthal werkten groepjes kinderen de verschillende toestellen af. De meeste oefeningen kon ik gewoon uitvoeren. Voor sommige oefeningen was een kleine aanpassing. Daardoor bleef niet onopgemerkt dat ik blind was. Zonder enig overleg vroeg de commentator van die dag het publiek om een groot applaus voor “dat blinde meisje.” Het werd een staande ovatie. Nog voel ik de schaamte die opvlamde. Ik deed niets anders dan mijn groepsgenoten, iedereen deed zijn stinkende best, iedereen verdiende applaus. Waarom kreeg ik het? Ineens was ik de uitzondering die ik tijdens het turnen nooit geweest was. Mijn schaamte haalde het overigens niet bij de razernij van mijn moeder. Die zat in het publiek naar onze wedstrijd te kijken en werd overvallen door het applaus dat werd gegeven. Niemand kon natuurlijk zien dat zij mijn moeder was, ze was witheet. Waarom was die ene dochter specialer dan de andere twee die ze had? Alle moeite om mij “gewoon” te laten meedoen, was in een klap, nou ja een heel applaus, verdwenen.
Vorige week deed ik met mijn popkoor mee aan een korenfestival. Een super strak georganiseerd geheel met workshops en jurybeoordelingen. Zingen is nu zoiets waarbij mijn blindheid eigenlijk geen rol speelt. Okee, ik kan de dirigent niet zien en ik loop aan de arm van iemand naar mijn plek op het podium. Ik voel mij onderdeel van ons koor en hoef geen extra moeite te doen om volwaardig mee te tellen. Ons optreden was leuk en met een goed gevoel ging ik naar huis. Tot mij ter ore kwam, wat er in het juryrapport stond opgetekend. Gelukkig was het maar één zin, maar genoeg om de razernij van mijn moeder van destijds te evenaren.
“goed gewerkt met de blinde mevrouw!” Blijkbaar vond de jury het heel bewonderendswaardig dat mijn medekoorleden mij zomaar meegenomen hadden het podium op. Heel aardig dat die blinde mevrouw ook mee mag doen met jullie, lees ik eruit. Dat er in ons koor meer mensen met krasjes, tekortkomingen of deuken zijn, stond nergens. Ik vind dat we ook heel goed gewerkt hebben met al onze kale mannen, die vrouw met zere knieën en die koorgenoot die altijd super zenuwachtig is. Want ja ieder mens is uniek, maar ik schijnbaar toch een beetje meer dan jij.
Reacties
Een reactie posten