Wie ben ik?
“Goedemorgen Ellen.” Klinkt een vrolijke stem als ik bij de koffieautomaat sta. Ik speur mijn geheugen af. Welke collega is dit ook weer? “Ik ben nogal verkouden,” lacht ze en dan hoor ik het ineens. Ik ben behoorlijk goed in het herkennen van stemmen, maar er zijn wel een paar voorwaarden aan verbonden. Ten eerste koppel ik stem aan plaats. Kom ik een collega dus buiten het werk tegen dan is de kans groot dat ik het niet weet. Ten tweede moet iemand iets specifieks hebben. Klankkleur, accent, manier van woorden uitspreken. Zijn al deze dingen bij jou niet aanwezig, dan blijf ik je vast vragen hoe je ook weer heet. Ten derde maakt het uit hoe vaak ik je spreek. Hoe frequenter, hoe beter herkenbaar. Als er veel herrie is, kan het maar zo gebeuren dat ik zelfs de stem van mijn kinderen niet direct herken. Wat helpt is vragen stellen, het gesprek geeft meestal informatie waaruit ik kan afleiden wie ik voor me heb. Stemmen blijven veel minder goed in je geheugen dan gezichten dat doen.