Te kop: over hoofd- en bijzaken
Ik ben één meter achtenzeventig, iets boven gemiddeld voor een vrouw, maar de volgende generatie heeft mij allang ingehaald. Veel jonge dames zijn een halve kop groter dan ik ben. Ook mijn zoons zijn hard op weg mij voorbij te groeien, dat is ze al bijna gelukt. Nederland heeft veel lange mensen, daar wordt steeds meer rekening mee gehouden. Lengtematen in kleding, verstelbare bureau’s en extra beenruimte in het vliegtuig. Deze extra’s heb ik meestal niet nodig, Wel ben ik voorzichtig in de buurt van zonneschermen, marktkramen of openstaande achterkleppen van auto’s. Daar kan ik doorgaans niet onder door. Mijn stok biedt hiervoor geen soelaas, ik moet het van mijn oren en de echo’s hebben. Voorwerpen ontwijken op geluid kost veel inspanning en gaat lang niet altijd goed. Zeker niet op plekken waar je ze niet verwacht. Nu al het groen uitbundig uitloopt, zwiept als ik onderweg ben regelmatig een overhangende tak in mijn gezicht. In sommige tijden van het jaar een verfrissende ervari