"Waar gaat ze heen?"

Op de minuut af haal ik mijn trein. Nog nahijgend van alle trappen zet de vriend die me op het station aflevert, me voor de open treindeur en ik stap in.

Als ik zit hoor ik de conductrice enigszins gestrest aan hem vragen: “Waar gaat ze heen?” Zijn antwoord versta ik jammer genoeg niet. Stiekem hoop ik dat hij het standaard antwoord geeft dat  mijn man in dit soort gevallen geeft: “Ik heb geen idee, misschien moet je het even aan haar vragen.”

Niet veel later duikt de conductrice op in mijn coupé. “U moet in Gouda overstappen toch?” Ze klinkt nog steeds gestrest en ik heb met haar te doen. Ik bevestig dat ik in Gouda overstap en voeg eraan toe dat ik daar alleen het perron hoef over te steken. Mijn toevoeging leidt helaas niet tot geruststelling. Ze zegt dat ze geen idee heeft of ik naar de overkant moet en begint het op te zoeken. Gelukkig mengt de dame tegenover me zich in ons gesprek en meldt dat zij dezelfde overstap moet maken en ik wel met haar mee mag lopen. Ik praat nog even verder met de conductrice en ze legt uit dat het omroepsysteem het niet doet en ze het vervelend zou vinden als ik daardoor niet weet bij welk station we zijn. Zij weet dan weer niet dat ik precies weet hoeveel keer de trein stopt, hoe laat hij in Gouda is en dat ik het bij twijfel ook nog via een app op mijn telefoon zou kunnen opzoeken. Ik laat het maar zo en bedank haar voor het meedenken.

Al is het met de beste bedoelingen, het blijft irritant als iemand niet aan mij vraagt waar ik heenga, maar zich in de derde persoon tot een ander richt. Het gebeurt me niet meer zo vaak tegenwoordig. De vriend die mij op de trein zette, gaf trouwens een prima antwoord. Hij beantwoordde de vraag van de conductrice maar voegde daaraan toe dat ik me prima zelf zou redden.

Toen mijn kinderen nog klein waren, kwamen we ook wel eens in zo’n situatie terecht. Ja, echt, ze stelden de vraag die voor mij was aan de kinderen. Die wisten daar wel raad mee. “Mam, waar ga je naar toe? Dat wil die mevrouw geloof ik weten!”

Reacties

  1. Jazeker Ellen, je moet het meemaken om het te geloven. Toen ik nog evenementen organiseerde moest ik dat een keer doen vanuit een rolstoel. Steeds opnieuw probeerden mensen letterlijk over mijn hoofd heen dingen af te spreken met de stagiaire, die mij in mijn stoel rondreed. Ik ben bang dat ik daar niet zo vriendelijk en geduldig op heb gereageerd als jij en je kinderen.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Commissiedebat

Een mix van nagelnieuw en eerder gezien

Kijk eens uit je doppen